Bij de allereerste sit was Lily niet zichzelf. Het verschil kon ik zelf natuurlijk niet zien, maar zo werd het mij verteld. Haar maatje-sinds-jaren Suus was niet lang daarvoor overleden. Katten blijken namelijk echt te kunnen rouwen. Gedurende de periode dat ik op Lily mocht passen, uitte zich dat in een verminderde eetlust en excessief nachtelijk miauwen. Zo luid, dat ik bang was dat ze ook de buren wakker zou maken! Haar vocaliteit kon erop duiden dat ze haar vriendinnetje zocht. Ze ging meestal op de overloop staan, pal onder het luik naar de zolder. Misschien omdat het zo lekker galmde, of wellicht dacht ze dat Suus zich daar verschanst had? Het was in elk geval duidelijk dat er iets aan de hand was.
Haar baasje besloot na enig wikken en wegen nieuw gezelschap voor Lily te zoeken, zodat zij zich niet eenzaam meer hoefde te voelen. Via-via vond zij een tweede Heilige Birmaan, met een even zachte vacht en schitterende ogen. Een prachtig stel!
Liefde op het eerste gezicht was het echter niet. Dat zou ook wat teveel te verwachten zijn, want de verstandhouding tussen katten is meestal een precaire balans tussen twee (of meer) solitaire dieren. Lily was al die jaren aan een andere poes gewend geweest, zou het met deze ook lukken?
De eerste tekenen duidden op een voorzichtig tolereren, tenminste, zolang de kleine maar niet te dicht bij de grote in de buurt kwam! Tijdens de eerste sit op beide poezen maakte Lily een chagrijnige indruk. Poppy was nog jong en wilde graag aandacht en samen spelen. Lily had daar eerder al minder animo voor, maar leek zich nu terug te trekken. Terwijl ik de kleine de aandacht gaf waar ze van genoot, meende ik te zien dat haar huisgenote tussen haar oogharen door pissig naar ons staarde. Als zij dezelfde aandacht aangeboden kreeg, ging zij er niet op in.

Enkele maanden later was de situatie nog niet verbeterd. In tegendeel: Lily bleek Poppy steeds minder goed te kunnen velen. Ze verdroeg haar niet om zich heen, wat tot gevolg had dat er alleen overdag geen vuiltje aan de lucht was omdat zij dan sliep. Maar ’s nachts kwam het voor dat ze Poppy belaagde. Hun baasje nam een kattentherapeute in de arm, die concludeerde dat Lily ruimte nodig had om haar huisgenootje te kunnen ontlopen. De kleine leek echt wel wat angstig te zijn, dus dat moest goed in de gaten gehouden worden.
Helaas is dit geen verhaal met een onverdeeld happy end. Het kwam weliswaar allemaal goed, maar alleen doordat de poesjes van elkaar gescheiden werden. Fijn voor Lily, die eindelijk weer rust had. Zuur voor Poppy, omdat ze voor de tweede keer in een relatief korte periode herplaatst moest worden. Gelukkig kwam ze dit keer op een plekje waar ze zich wel fijn voelde. En zo kwam het uiteindelijk toch nog allemaal goed!